Autisme en vakantie.

De vakantietijd breekt weer aan. Voor veel mensen een tijd waar ze al lang naar uitkijken. Voor sommigen ook een onrustige tijd, het vaste ritme is weg. Aan de ene kant wil je ook graag naar die mooie bestemmingen die er zo mooi uitzien op de plaatjes, ontdekken wat er allemaal voor moois is op de wereld. Maar aan de andere kant bezorgt het onbekende je ook heel veel spanning. Of je op reis gaat of gewoon lekker thuisblijft, is natuurlijk je eigen keuze.

Voor als je wel besloten hebt op vakantie te gaan, hieronder enkele tips die misschien een beetje kunnen helpen:

Bedenk ruim van tevoren welke bestemming bij jou past en hoe je op vakantie wilt gaan. Wil je vliegen, met de auto, in een hotel of kamperen? Zodra je geboekt hebt, hoef je in ieder geval niet meer in spanning te zitten of er wel plek voor je is.
Verdiep je in wat er allemaal te doen is op je bestemming en hoe het weer daar is. Je kunt van tevoren al een lijstje maken van activiteiten die je wilt ondernemen.
Maak een checklist van dingen die mee moeten op vakantie en die je vooraf nog moet regelen. Dan weet je zeker dat je niets vergeet en kun je gewoon afvinken.
Zorg dat je uitgerust vertrekt. Dus niet tot de laatste dag werken en nog van alles moeten regelen. Neem een paar dagen de tijd om alles achter je te laten en te schakelen naar de rustmodus.
Neem na aankomst ook rustig even tijd om aan je nieuwe omgeving te wennen. Waar staat alles? Is het weer en het eten heel anders dan thuis? Neem ook daarvoor even tijd om te wennen.
Maak afspraken met je reisgenoten over elkaar ruimte geven, mocht dat even nodig zijn.
Maak een globale planning op welke dagen je een activiteit wilt ondernemen en wanneer je gewoon even lekker een rustdag neemt. Door toch een soort ritme te creëren, krijg je meer rust in je hoofd.
Maak een lijstje met dingen die je kunt doen op de lege momenten. Bijvoorbeeld een spelletje doen, puzzelen, een boek lezen, wandelen enz.

En vooral, probeer te genieten van alle mooie avonturen!

Fijne vakantie allemaal.